Cynotilapia sp. "hara"

Tekst: Johan Verheesen Foto's: Dirk Gypen
Etymologie: 

Cyno is afgeleid van het Griekse woord  Kyon, wat staat voor hond. Tilapia verwijst naar een bekend geslacht cichliden. De voorlopige naam "hara" komt van Hara Reef  (= Gallireya Reef), de plaats waar deze vis endemisch voorkomt en gelegen nabij het gelijknamige dorp aan de kust van het Malawimeer. 

Literatuur: 

Malaŵicichliden in hun natuurlijke omgeving" oplage 4, Konings, Ad 2007

Beschrijving: 

Cynotilapia sp. "hara" is duidelijk herkenbaar vanwege de poederblauwe kleur bij de man en het melaninepatroon welke vervaagd vanaf de aanzet van de aarsvin. De vrouwtjes en juvenielen zijn kobaltblauw gekleurd. De man heeft langere vinnen dan de vrouw en dat geldt zeker voor de buikvinnen, welke bij de man aan de buitenzijde wit zijn, parallel daaraan een zwarte band hebben en verder hyaline zijn. De borstvinnen zijn zowel bij de man als de vrouw hyaline. De dorsale- of rugvin, de staartvin en de aarsvin zijn bij de man poederblauw gekleurd, terwijl deze bij de vrouw kobaltblauw zijn. De tanden van deze cichlide zijn unicuspide, een duidelijk kenmerk voor het geslacht Cynotilapia. In het meer bereikt deze mbuna een lengte van 9 cm, maar in het aquarium kan een lengte bereikt worden van 12 tot 15 cm, afhankelijk van het aangeboden voedsel. De vrouwen blijven wat kleiner dan de mannen.

 

 

Verspreiding: 

Endemisch voor Gallireya Reef (= Hara Reef), aan de noordwestkust van het meer van Malawi tussen Hara en Chilumba.

Gedrag: 

Kan goed met medebewoners van een andere soort, mits het aquarium groot genoeg is. Niet samenhouden met andere vissen uit het Cynotilapia geslacht of soortgelijke mbuna's, ivm mogelijke kruisingen.

Voedsel: 

C. sp. "hara" Houdt zich op in de nabijheid van het substraat en verlaat dit niet, ook wanneer zij zich tegoed doet aan de daar aanwezige plankton in de waterkolom. In het aquarium is het een gemakkelijke eter, maar groene kost is wel erg belangrijk.

Kweek: 

Betreft een maternale muilbroeder. De man maakt een paaiplaats gereed onder een steen en baltst vrouwen aan die meegelokt worden naar de afzetplaats. Na enkele uren baltsen begint de daadwerkelijke afzetting. Na een incubatietijd van ca. 21 dagen worden de jongen losgelaten op het moment dat het vrouwtje dit veilig acht. Eenmaal losgelaten houdt de broedzorg op en zijn de juvenielen op zichzelf aangewezen. Zij verbergen zich dan tussen de spleten van de rotsen.

 

Aquarium: 

Een aquarium met een lengte van150 cm, minimaal 300 liter, voorzien van de nodige rotspartijen en schuilplaatsen en een zandbodem.

Stoplicht: 
Groen
Herkomstgebied: 
synoniemen: 

Pseudotropheus sp. 'zebra hara', Konings 2004, voorlopige benaming
Cynotilapia sp. 'zebra hara', Tawil 2005, voorlopige benaming
Cynotilapia sp. 'hara', Konings 2007, voorlopige benaming