Cryptoheros spilurus (Günther 1862)

Tekst Rene Beerlink, Foto's Matthijs Meindertsma en Gijs Knoop
Etymologie: 

Cryptoheros: Crypto = verborgen, heros = held.

Spilurus: Spilos = vlek, uros = staart. De foto van Matthijs laat goed zien waarom deze vis zo wordt genoemd, waarbij meteen gezegd moet worden dat dit slechts één van de vele configuraties is waarin de vis voor kan komen. Er zijn tal van factoren die kleurpatronen bij Cichliden beïnvloeden.

Referentie: 

Günther A. 1862. "Catalogue of the fishes in the British Museum. Catalogue of the Acanthopterygii, Pharyngognathi and Anacanthini in the collection of the British Museum". Vol 4; i-xxi + 1-534.

 

Cryptoheros spilurus is de vaandeldrager van het door R. Allgayer in 2001 opgerichte geslacht Cryptoheros. Schmitter-Soto valideerde het geslacht in 2007 maar veranderde wel het één en ander aan de indeling. Zo splitste hij C. spilurus op in drie soorten. De  Hondurese dieren heette voortaan C. cutteri. Deze naam hadden ze in het verleden al eens eerder gedragen. De Belizianen C. chetumalensis, vernoemd naar de typelocatie, het plaatsje Chetumal. En voor C. spilurus was een rol weggelegd als scheidsrechter, nml. precies tussen C. cutteri en C. chetumalensis in en bestrijkt nog slechts het Izabal-meer met zijn aanvoer-rivieren.

 

In hoeverre deze indeling ook daadwerkelijk gedragen gaat worden moeten we nog even afwachten.  Veel specialisten beschouwen C. chetumalensis en C. spilurus  als één soort. Hier gaan we bij een gebrek aan een beter alternatief  voorlopig nog even uit van de opdeling van Schmitter-Soto. De “beschrijving” richt zich dus op de dieren van het Izabal-meer en diens aanvoer-rivieren. Met betrekking tot de aquarium-cultuur zijn er geen verschillen tussen C. spilurus, C. chetumalensis en C.cutteri alhoewel deze laatste vaak als agressiefst wordt aangemerkt.

Literatuur: 

Günter Sterba 1990. Süsswasserfische der Welt, Blz. 715
Dr. Rüdiger Riehl, Hans A. Baensch 1985. Mergus Aquarien Atlas, blz. 694-695.
 

Beschrijving: 

De dieren van lake Izabal zijn niet bijzonder bont gekleurd maar laten op kieuwdeksels flank en buikzijde toch wat geel-rood tinten zien. Adolescente dieren vertonen vaak wat rood in de staart, dat op latere leeftijd meestal weer verdwijnt. Een kenmerk dat deze vis met C. chetumalensis deelt maar bij C. cutteri ontbreekt zijn de donker omrande schubben die in het totaalbeeld een soort net-effect opleveren.  Opvallend zijn verder nog de blauwe ogen. Daarom worden ze in Amerika ook wel blue-eye Cichlid genoemd. Het mannetje heeft 'n stijl voorhoofd, uitlopend in een voorhoofdsbult, of een neiging daartoe en wordt tot zo'n 12 cm. Het vrouwtje een meer naar achter lopend kopprofiel, soms een  rugvinvlek en wordt zo'n 9 cm groot. De tekening bestaat uit 7 verticale banden, waarvan de eerste Y-vormig. Deze worden vooral in de paartijd expliciet getoond.

Herkomst: 
Guatemala.
Verspreiding: 

Het Izabal meer in Guatamala met haar toevoer-rivieren.  Hier bewoont zij voornamelijk de ondiepere zones met stenige bodem, maar wordt ook wel gevonden boven zand, blad of modder-bodem.
 

Gedrag: 

Klein, maar zeker in de paartijd, een pittig visje. De manier waarop deze vissen zelfs tussen veel grotere bakgenoten hun jongen weten groot te brengen dwingt respect af. Buiten de paartijd vreedzaam naar andere vissen, maar de mannetjes kunnen ook dan elkaar onderling behoorlijk beconcurreren. Dit kan ervoor zorgen dat onderdrukte mannetjes in onwikkeling achterblijven en zelfs voor vrouwtjes kunnen worden aangezien.
 

Voedsel: 

C. Spilurus is een omnivoor. Niet kieskeurig dus, maar beslist ook plantaardige kost (bijv. spirulina) nodig heeft.
 

Kweek: 

C. spilurus en C. chetumalensis broeden graag beschut maar kunnen in tegenstelling tot veel ander Cryptoherossen niet echt als holenbroeders betiteld worden. In de natuur nemen ze zelfs vaak genoegen met een kuiltje in het zand (Conkel 1993). Het lijkt er dus op dat ze in een ontwikkelingsfase tussen open-substraat en  holenbroeder in zitten. In de paartijd krijgen de ouders een veel opvallender uiterlijk. Vrouwtjes krijgen dan een donkere buik en er verschijnt een extra streep van de mond tot het oog. Cryptoheros spilurus cq chetumalensis is bij zo'n 5 cm al geslachtsrijp en plant zich in zijn natuurlijke habitat voort tijdens het droge seizoen van December tot Mei. De tot 200 eieren worden afgezet in een hol en door beide ouders bewaakt. De eieren komen na drie dagen uit en na nog eens zes dagen zwemmen de jongen vrij. De jongen blijven dicht bij de moeder terwijl de vader het territorium verdedigd met heroïsch temperament.
 

Aquarium: 

In een aquarium Vanaf één meter kan men reeds één koppel huisvesten. Meerdere koppels vanaf 140 cm. Het is niet verstandig ze samen te houden met andere cryptoherossen. De kans op hybridisatie is groot. Uit de literatuur zijn beschrijvingen bekend van vruchtbaar nageslacht met C. nigrofasciatus. Het water moet beslist zuiver zijn. Dus vaak water verversen en een goede filtering. Indien er voldoende ruimte beschikbaar is, goed samen te houden met ander kleine cichliden zoals A. spinosissimus of T. aureus, maar ook wel met grotere cichliden zoals C. bocourti of V. maculicauda. In een combinatie met levendbarende tandkarpers of zalmen komende dieren waarschijnlijk het mooist tot hun recht. Temp rond 26 Celsius, PH boven 7 en water middel-hard tot hard.

Stoplicht: 
Groen
Herkomstgebied: 
synoniemen: 

Heros spilurus, Günther, 1862
Astronotus (Astronotus) spilurus, Eigenmann, 1893
Cichlasoma (Cichlasoma) spilurum, Jordan et al, 1896
Astronotus spilurus, Eigenmann et al, 1903
Cichlasoma (Archocentrus) spilurum, Pellegrin, 1904
Cichlosoma spilurum, Regan, 1905
Archocentrus spilurus, Jordan et al, 1930
Cichlasoma spilurum, Conkel, 1993
Cryptoheros spilurus, Allgayer, 2001
Cichlasoma spinosissimum var. immaculata, Schmitter-Soto, 2007